Fossiele brandstoffen die in fabrieken en auto's worden verbrand sturen hun afval in twee vormen de atmosfeer in. De eerste is koolstofdioxide en andere broeikasgassen, deze hebben de afgelopen jaren veel aandacht gekregen vanwege het feit dat ze warmte vasthouden in de atmosfeer. De tweede vorm zijn de kleine deeltjes zwaveldioxide, roet en as, welke wetenschappers aerosols (smog) noemen. Onderzoek naar het begrijpen van de negatieve effecten van luchtvervuiling op de gezondheid heeft geresulteerd in de ontwikkeling van katalysatoren voor auto's en ook naar machines die bepaalde vaste stoffen uit industriëel afval halen voordat het de lucht bereikt.
Recent zijn wetenschappers gespecialiseerd op het gebied van de atmosfeer tot de ontdekking gekomen van het fenomeen van de vermindering van direct zonlicht dat de oppervlakte van de aarde bereikt – zij observeerden een vermindering van 5% tussen 1960 en 1990 met enig bewijs van herstel na die periode. Dit wordt sindsdien het 'Global-dimming' effect genoemd en is waarschijnlijk het resultaat van de manier waarop de aerosols zich gedragen op wolken. Het is belangrijk te realiseren dat dit niet een netto verlies van zoveel zonlicht in ons klimaatsysteem voorstelt – als dat het geval was, waren er grote temperatuurdalingen geobserveerd. Het zonlicht wordt namelijk elders in het systeem geabsorbeerd, met een veel kleiner netto-verlies.
Een foto van NASA die vliegtuigsporen en natuurlijke wolken laat zien. Genomen vanaf de I-95 in het noorden van Virginia, 26 januari, 2001, door NASA wetenschapper Louis Nguyen.
Wolken worden gevormd wanneer vocht zich verzameld rond deeltjes in de lucht, zoals pollen of stof. Wolken die gevormd worden door de aerosols deeltjes die uitgestoten worden door de emissie van fossiele brandstoffen zijn gemaakt van meer druppels dan 'normale' wolken. Deze door smog gemaakte wolken hebben twee aparte effecten: ze schermen de aarde af van zonlicht en, door de reflectieve natuur van water, de miljoenen zwevende druppels reflecteren zonlicht terug de ruimte in, waardoor nog minder licht de aarde bereikt.
Veel wetenschappers geloven nu dat de global-dimming die veroorzaakt wordt door deze deeltjes het broeikaseffect enigszins heeft verzacht. In de laatste dertig jaar is de temperatuur op aarde met ongeveer 0.5 graden celsius gestegen.
Als er geen sprake was geweest van global-dimming zou de temperatuur op aarde wellicht 0.3 graden hoger zijn dan het huidige niveau, dit suggereert dat de broeikasgassen en de vaste deeltjes die vrijkomen tijdens de verbranding van fossiele brandstoffen een tegengesteld effect hebben. Pogingen om de schade aan de gezondheid van de mens terug te dringen door smog tegen te gaan hebben gezorgd voor meer hitte in onze atmosfeer en dat heeft weer gezorgd voor een snellere stijging van de temperatuur.
Dr. James E. Hansen, leraar aan de universiteit van Columbia en het hoofd van het Goddard Institute for Space Studies, gelooft dat als we ons huidige patroon doorzetten, deze temperatuurstijging kan toenemen tot 5 graden in de komende dertig jaar en tien tot veertien graden over de loop van een eeuw. Een dergelijke temperatuurstijging zou het leven op aarde verwoesten, waarschijnlijk met zich meebrengend een cascade van zichzelf versterkende opwarmingseffecten. Het afsterven en branden van de bossen op aarde, een gestage ontdooiing van Groenland en de Arctische ijskappen en het gevaarlijkste van allemaal; een bevrijding van de methaanhydraten die nu bevroren op de oceanbodem liggen zouden er allemaal voor zorgen dat de aarde hoogstwaarschijnlijk onbewoonbaar wordt voor de mens. Dr. Hansen waarschuwt ervoor dat, volgens zijn onderzoek, de mens slechts 10 jaar heeft om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen voordat het broeikaseffect en andere reacties op de menselijke activiteit op aarde een kritiek punt bereiken, waardoor zij niet langer te stoppen zijn.
©
WikiNews
http://en.wikinews.org/wiki/Greenhouse_gases,_atmospheric_pollutants_dimming_future